Leefomgeving

Lees hier de digitaal toegankelijke tekst

Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die bewoners als prettig en veilig ervaren en waar gezonde keuzes makkelijk en logisch zijn. In een gezonde leefomgeving zijn negatieve invloeden op de gezondheid, zoals de uitstoot van schadelijke stoffen, zo klein mogelijk. Mensen met een laag inkomen leven vaker in een ongezonde leefomgeving dan mensen met een hoog inkomen. Dit komt onder andere door slecht onderhouden woningen (vochtproblemen, schimmelvorming), een ongezonde binnen- en buitenluchtkwaliteit en weinig groen in de buurt [1].

Het belang van een gezonde leefomgeving

De leefomgeving waarin mensen wonen, werken, leren en spelen is van grote invloed op hun gedrag en hun gezondheid. De gezondheid van mensen wordt door veel factoren beïnvloed, zowel in positieve als negatieve zin. Onderstaand figuur laat de belangrijkste negatieve factoren zien [2].

Figuur 1. Factoren die bepalend zijn voor de ziektelast in Nederland.

De leefomgeving speelt bij veel van deze factoren een rol. Zo is in Nederland bijna 6% van de ziektelast toe te schrijven aan milieufactoren. Ook bij factoren zoals overgewicht, weinig lichamelijke activiteit, eetgedrag en roken speelt de omgeving een belangrijke rol, bijvoorbeeld in de manier waarop mensen worden verleid voldoende te bewegen of gezonde voedingskeuzen te maken. Door de omgeving af te stemmen op de mensen die er leven, kunnen zij een gezonde levensstijl ontwikkelen. Belangrijke aspecten van de leefomgeving die invloed hebben op gezondheid en welzijn van inwoners zijn:

Cijfers en trends

Een ruime meerderheid van de inwoners is tevreden over leefomgeving

In 2020 is 78% van de volwassenen in de regio Zaanstreek-Waterland tevreden over de hoeveelheid groen in de buurt van hun woning. Ook zijn de meeste mensen tevreden over de mogelijkheden om in hun buurt te wandelen (87%) en te fietsen (92%). 82% van de inwoners is tevreden over het beweegaanbod en 75% is tevreden over het cultuuraanbod [3] (zie figuur 2).

Meer kinderen in de regio Zaanstreek-Waterland spelen minimaal een uur per dag buiten

Het aantal kinderen (4-12 jaar) in de regio Zaanstreek-Waterland dat lopend of fietsend naar school gaat, is de laatste jaren afgenomen: van 58% in 2016 naar 54% in 2020. Ook is het aantal kinderen dat (minimaal) twee dagen per week sportles krijgt op school en het aantal kinderen dat lid is van een sportvereniging is gedaald. Opvallend is dat het percentage kinderen dat dagelijks minimaal een uur buiten speelt, de afgelopen jaren juist is toegenomen: van 18% in 2011 naar 25% in 2020 [3,4].

Concentraties fijnstof en stikstofdioxide gedaald in de regio Zaanstreek-Waterland

Twee belangrijke graadmeters voor de luchtkwaliteit zijn de hoeveelheid fijnstof en stikstofdioxide in de lucht. Uit metingen van het RIVM blijkt dat deze waarden het afgelopen decennium sterk zijn gedaald. In 2020 was de concentratie fijnstof in de regio Zaanstreek-Waterland met gemiddeld 16,7 µg/m3 vrijwel gelijk aan het landelijk gemiddelde. In 2011 was dit nog 25,7 µg/m3. De concentratie stikstofdioxide in de regio Zaanstreek-Waterland bedroeg in 2020 14,9 µg/m3. Dit is ook rond het landelijk gemiddelde. In 2011 was dit nog 22,2 µg/m3[5].

15% van de volwassenen ervaart hinder van stof, roet of rook uit de omgeving

Net als in 2016 geeft 15% van de inwoners (18-65 jaar) van de regio Zaanstreek-Waterland in 2020 aan hinder te ondervinden van stof, roet of rook uit de omgeving. Deze hinder komt bijvoorbeeld door wegverkeer, bouwwerkzaamheden, industrie of open haarden. Er zijn grote verschillen tussen de gemeenten in de regio. Zo ervaren relatief meer inwoners van Zaanstad (18%) overlast van stof, roet of rook dan inwoners van Edam-Volendam (6%) [6].

Het percentage inwoners (18-65 jaar) van de regio Zaanstreek-Waterland dat geluidsoverlast ervaart van treinverkeer is de afgelopen jaren gedaald: van 16% in 2012 naar 8% in 2020. Ook het percentage volwassenen dat overlast ervaart van vliegverkeer is in de afgelopen jaren gedaald van 41% in 2012 naar 32% in 2020. Het percentage inwoners dat overlast ervaart door wegverkeer (38%) is de afgelopen jaren vrijwel gelijk gebleven [3].

Wat doen wij voor de regio?

GGD Zaanstreek-Waterland geeft advies en concrete voorbeelden aan gemeenten over hoe gezondheid te integreren is in het omgevingsbeleid. Zo willen we de gezondheid van inwoners bevorderen en beschermen en bijdragen aan de bewustwording bij gemeenten rond het thema gezonde leefomgeving. GGD Zaanstreek-Waterland streeft naar een integrale benadering van gezondheid in de leefomgeving. We voegen intern de kennis en ervaring van de verschillende disciplines samen en zoeken de samenwerking met externe ketenpartners, in het bijzonder de Veiligheidsregio en de omgevingsdiensten in regio Zaanstreek-Waterland.

De GGD onderzoekt en deelt lokale data (uit de Gezondheidsmonitor) over de gezondheid van inwoners en de ervaren kwaliteit van de leefomgeving. Ook signaleert de GGD kansen voor een gezonde(re) leefomgeving, onder andere door onze gezondheidsmonitors en expertise te gebruiken. We hebben ervaring met het verbinden van het fysieke en sociale domein, omdat we zowel gezondheidsbescherming als gezondheidsbevordering onder ons dak hebben. Daarnaast hebben we een netwerk van diverse ketenpartners, gemeenten en onderzoeksinstituten.

Waar liggen kansen?

In de voorbereiding van de definitieve Omgevingswet (verwacht per januari 2023) werken de GGD, gemeenten en andere partners hard aan het realiseren van een gezondere leefomgeving. Een van de doelen van de Omgevingswet is namelijk het bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit.

De Omgevingswet biedt gemeenten en provincies de mogelijkheid om gezondheid en veiligheid expliciet en vroegtijdig te betrekken bij ruimtelijke planvorming. Gemeenten krijgen meer ruimte en mogelijkheden om lokale afwegingen te maken. Zo kunnen ze beter rekening houden met regionale verschillen in bijvoorbeeld bevolking of gezondheid. Naast de Omgevingswet, bieden de Landelijke nota gezondheidsbeleid, het Nationaal Preventieakkoord en het Sportakkoord een goed kader voor gemeenten om te werken aan gezonde en aantrekkelijke steden en dorpen en om gezondheid in het omgevingsbeleid mee te nemen.

In februari 2018 heeft de DPG-raad van GGD GHOR Nederland samen met het RIVM kernwaarden voor een gezonde leefomgeving vastgesteld. Deze kernwaarden richten zich op de gezondheidswinst die nog te behalen is, zowel door gezondheidsbescherming als door gezondheidsbevordering, en zijn bedoeld voor alle professionals die aan de slag willen met het integreren van gezondheid in omgevingsbeleid. Een belangrijke uitdaging hierbij is een evenwichtige verdeling van zowel de kosten van klimaatbeleid als de gezondheidswinst over de sociaal-economische klassen.

Meer informatie?

Neem contact met ons op voor meer informatie over dit onderwerp.